Mierenbestrijding

Bel ons direct!

Bestrijding mieren

Mieren komen vaak vroeg in het voorjaar tevoorschijn, je treft de mieren het meest aan in de tuin, vaak nabij gevels van muren of rondom plantenbakken.

Veelal worden de nesten herkent aan de welbekende hoopjes zand op het straatwerk, hierin zie je vaak een duidelijk gat waar je met enige regelmaat mieren naar binnen en naar buiten ziet lopen.

Mieren zijn zeer solidaire dieren en werken altijd samen om zo het nest uit te kunnen breiden. Omdat mieren buiten niet altijd kunnen vinden wat ze zoeken komen ze ook vaak naar binnen.

MdB ongediertebestrijding weet altijd wel een nest te vinden door een kolonie te volgen of de hoopjes zand aan te treffen. Zodra dit goed in kaart gebracht is zal er gestart kunnen worden met een bestrijding.

Buiten word vaak gebruik gemaakt van poeders of granulaat welke rondom de nesten geplaatst word. Binnen gebruiken wij een preparaat welke in de vorm van druppels gel op plaatsen waar mieren vaak komen geplaatst word.

Kenmerken van mieren

Mieren stammen af van de gravende wespensoorten waar de werksters hun vleugels hebben verloren. Je kan dan ook aan de bouw van een mier goed zien dat hij lijkt op een wesp.

Mieren hebben zes pootjes en behoren tot de vliesvleugelige insecten. De ontwikkeling van de mier is als volgt: ei-larve-pop en volwassene. Dit hele proces duurt ongeveer 2 maanden.

Een leuke opvallende eigenschap van de mieren is de manier waarop mieren elkaar vertellen waar voedsel te vinden is. De verkenners verlaten regelmatig het nest om voedsel te zoeken en leggen dan een geurspoor om de weg naar het nest terug te vinden. Als ze wat gevonden hebben leggen ze op de terugweg een nieuw geurspoor er overheen zodat het eerste spoor versterkt wordt en de voedselverzamelaars weten dan precies welke kant ze op moeten om het voedsel op te halen.

Mieren komen over de hele wereld voor en ze bouwen hun nesten op allerlei verschillende plekken. Op de grond, in holle bomen, tussen rotsspleten en er zijn er ook die bladeren aan elkaar spinnen om daarvan hun nest te maken.

Mierenkolonie

Mieren zijn kolonie vormende sociale insecten en ze hebben elkaar hard nodig om te blijven voortbestaan. Ze leven dan ook in een kolonie die bestaat uit 4000-7000 individuen waarvan één of meerdere koninginnen, een flink aantal werksters (vrouwtjes) en soms jonge mannetjes en maagdelijke koninginnetjes.

In een mierenkolonie werken alle mieren samen en is er een duidelijk taakverdeling. De koningin is de moeder van alle mieren in de kolonie, zij legt alle eitjes waar de larven na ongeveer 8-10 weken uitkomen. De koningin wordt gevoerd door de werksters en legt haar leven lang elke dag eitjes.

De werksters zijn de grootste groep, waarvan de naam al zegt dat ze het meeste werk doen. Werksters kunnen geen eieren leggen omdat ze onvruchtbaar zijn.

Ze hebben de taken goed verdeeld

  • De larvenverzorgsters zorgen voor alle pasgeborenen, dit doet de koningin niet zelf.
  • De verkenners gaan regelmatig op zoek naar eten en keren dan weer terug naar de kolonie.
  • de voedselverzamelaars zijn degene die het voedsel dat de verkenners hebben gevonden ophalen en naar het nest brengen.
  • De nest onderhouders zorgen dat het nest beschermd wordt, voeren de nodige reparaties uit en zorgen voor uitbreidingen aan het nest.
  • De miersoldaten zorgen dat de kolonie beschermd wordt tegen aanvallen van vijanden.
    Door de goede samenwerking van deze miersoldaten kunnen ze vijanden aan die veel groter zijn.
    Ook graven deze soldaten het nest en het gangennetwerk met hun grote kaken.

De maagdelijke koninginnetjes en de mannetjes verlaten vliegend het nest als het daarvoor tijd is. In Nederland is dat meestal na een regenbui op een warme dag zo eind juli begin augustus. Dit heet dan de bruidsvlucht, vogels hebben al heel snel in de gaten dat er gepaard wordt en die zien dan een lekker hapje.

Als je op een zomerse avond een heleboel meeuwen ziet rondcirkelen dan kan je ervan uitgaan dat er veel vliegende mieren zijn.

Veel koninginnetjes overleven dit en ze paren dan met het sterkste mannetje uit een ander nest, de mannetjes sterven dan al snel en de koninginnetjes zoeken een nieuwe nestplaats of ze neemt een ander nest over. Dat kan overal zijn, omdat ze ook kunnen vliegen zelfs in een bloembak op 10 meter hoogte.

Het koninginnetje graaft zichzelf in en komt nooit meer boven de grond. Na een paar dagen legt ze een eieren waaruit na een poosje larven komen.

De koninginnetjes geven de larven voedsel wat uit haar eigen maag komt, de larven verpoppen zich en na een paar dagen komt er uit de cocon een mier. Deze mieren gaan vanaf nu voor de koningin zorgen. In het voorjaar maken ze het holletje dat de koningin heeft dichtgemaakt weer open. Ze gaan naar buiten om voedsel te zoeken voor de larven, de koningin en de andere werksters.

De soldaten beginnen met gangen en kamers te graven voor de steeds groter wordende kolonie. Elke zandkorrel wordt naar buiten gedragen.
De larvenverzorgsters zorgen voor de larven door ze onder andere schoon te likken zodat ze niet ziek kunnen worden.

Als je kijkt bij een mierennest zie je allemaal miertjes die druk bezig zijn. Soms slepen ze met een dennennaald, een dode sprinkhaan of een vlieg naar hun nest. Je ziet dan vaak een mierenstraat, dat is een soort snelweg waar de mieren heen en weer rennen.

In Nederland zijn veel miersoorten geregistreerd.
De bekendste en veelvoorkomende zijn:

  • De behaarde bosmier en de glanzende houtmier die je voornamelijk in bossen tegenkomt.
  • De gele weidemier die ondergronds leeft en in grasland leeft.
  • De wegmier en de gewone steekmier die je bijna overal kunt vinden.

De Wegmier

De mier die we het meest zien en waar mensen last van kunnen hebben de mensen is de wegmier.

Uiterlijk

  • De wegmier is zwartbruin tot zwart van kleur en heeft een fijne beharing.
  • De koningin wordt ongeveer 9 mm lang en kan 15 jaar oud worden.
  • De werksters zijn 3-5 mm lang en worden 2-3 jaar oud behalve de werksters die als eerste geboren worden, deze worden slechts 2 maanden omdat ze niet veel voer krijgen.
  • De mannetjes zijn 3.5-4.2 mm lang.
  • De vleugels van de koninginnen en de mannetjes zijn doorzichtig.

Eind juli begin augustus verlaten de koninginnetjes en de mannetjes het nest voor de bruidsvlucht. Alleen de sterkste mannetjes blijven bij de koninginnetjes en bevruchten hen dan boven in de lucht. De bevruchtte koninginnetjes gaan dan op zoek naar een plek om een nest te maken en een nieuwe kolonie te beginnen of ze gaan naar een bestaand nest om dat te helpen uitbreiden.

De nesten zitten vaak onder de straattegels of onder boomschors. Soms vind je ze in zandhopen. De mieren leven van de uitscheiding van bladluizen. De larven hebben eiwit nodig om te groeien en de koningin om nieuwe eieren te leggen.

Als een werkster (verkenner) een bladluizenkolonie heeft gevonden gaat ze snel terug naar het nest om de voedselverzamelaars te waarschuwen. Die kunnen dan door het dubbele geurspoor dar de verkenner heeft gemaakt het voedsel vinden en mee terugnemen naar het nest. Er zijn dan veel mieren onderweg en wij zien ze dan ook met zijn allen achter elkaar zien lopen. Pech voor de mieren is dan wel dat wij op die manier het mierennest kunnen vinden

De wegmier vind je vaak in de tuinen rond het huis tussen de straattegels en zomers ook zo af en toe binnenshuis. Als je de mieren als een heel druk volkje alle kanten op ziet lopen is het eigenlijk best grappig om te zien. Wat een drukte en je kan er dan een heel eigen verhaaltje bij maken. Wat zijn ze nou aan het doen? Waar gaat die mier nou naartoe? En zo kan je nog veel meer bedenken maar dat doen we niet.

Eigenlijk denken we bah, bah, bah en willen er zo snel mogelijk vanaf. In de zomerperiode dat de mieren uitvliegen hebben ze behoefte aan zoetigheid wat ze in het nest niet meer kunnen vinden. Dat is dan ook de tijd dat ze onze huizen inkomen op zoek naar zoetigheid. Dit is natuurlijk vervelend maar alleen bij echte overlast kan een bestrijding plaatsvinden. Als de mieren met grote aantallen uit een nest steeds naar binnen komen dan kan een bestrijding buiten nodig zijn.

Wij bestrijden niet alleen mieren in Muiderberg, maar zijn onder andere ook actief in de regio Amsterdam, Amstelveen, Almere, Hilversum, Lelystad, Naarden en Weesp.

Vandaag nog ongedierte laten bestrijden?